Impact: noodhulp Pakistaanse christenen
‘We hebben ons huis verloren, maar God zorgt voor ons’
De stank van zuur en rioolwater, zwartgeblakerde muren, gebroken ruiten, half verwoeste kerken, ontheiligde kruizen. De verwoestende impact van de aanval op de christelijke gemeenschap in de Pakistaanse stad Jaranwala is nog steeds zichtbaar.
Terwijl kerken afbrandden en huizen uit de christelijke wijk werden verwoest, zochten veel christenen naar een plek om te schuilen. Sadaf* was een van hen. In de chaos van de aanval drukte ze haar pasgeboren baby in een doek tegen zich aan en verstopte zich in een nabijgelegen suikerrietveld. Ze had geen idee of haar familieleden nog leefden. Vanaf haar schuilplek zag ze de rookwolken boven de stad opstijgen. Zoals vele anderen die dag, was ze doodsbang.
Angst
Trillend van angst bad Sadaf of God haar en haar andere familieleden wilde beschermen. “Mijn grootste angst was dat ik mijn vader, mijn man en pasgeboren dochter zou verliezen door het geweld en de verwoesting die de woedende mannen aanrichten in onze huizen en kerken”, vertelt ze.
Haar moeder was eerder al overleden, haar liefhebbende vader had haar geleerd hoe ze moest bidden. De gedachte dat haar eigen vader en haar man mogelijk vermoord zouden zijn, maakte haar misselijk. Als dat het geval was, wat zou er dan met haar gebeuren? De angst staat nog op Sadafs gezicht als ze daaraan denkt: “Zonder de bescherming van mannen in onze familie, zou ik net als veel andere christelijke vrouwen in Pakistan een makkelijke prooi zijn voor seksueel misbruik door kwaaddoeners.”
Gebedsverhoring
Als na een lange nacht in het suikerrietveld de ochtend aanbreekt, vindt ze haar vader en echtgenoot, levend en wel terug. Sadaf: “De tranen stroomden over onze wangen en we stonden daar een paar minuten, midden in het veld met onze armen om elkaar heen. Die dag wachtten en baden we, terwijl we moesten toekijken hoe nog meer huizen en kerken in brand gestoken werden.”
Toen lokale partners Sadafs familie ontmoetten, had niemand hen nog bezocht. Het eerste wat Sadafs man tegen hen zei, was: “We hebben ons huis verloren, maar God zal voor ons zorgen. Bid alsjeblieft voor ons.”
De hulp van lokale partners in Pakistan
Net als Sadaf liepen zo’n 30.000 moeders en kinderen die nacht verwondingen op in het suikkerrietveld. Er zijn naar schatting twintig kerken verwoest en 1.600 mensen ernstig getroffen door de aanval. Veel van hen leven in angst en hebben behoefte aan traumaverwerking, voedsel en medicijnen.
Na de aanval is een team van lokale partners in actie gekomen om hulp te bieden. “We hopen dat de christenen in Pakistan zullen blijven, dienen en blijven geloven dat God ons gerechtigheid, verlichting en herstel zal brengen”, vertelde een lokale partner. “Dus moeten we deel uitmaken van de oplossing. We zijn hier omdat we nooit zijn weggegaan; we blijven hier bij onze mensen – we dienen God en wassen hun voeten.”
* Schuilnaam
Dankzij financiële steun en gebed waren lokale partners in het gebied in staat om getroffen christenen te helpen met noodhulp en bieden hen ondersteuning bij het herstel door bijvoorbeeld pastorale zorg.
Gebedspunten
- Bid om genezing en herstel van trauma’s voor christenen zoals Sadaf.
- Bid om troost en kracht voor de mensen die hun familieleden en huis zijn verloren. Bid dat ze weten dat ze niet alleen zijn.
- Beschuldigingen vanwege godslastering zijn niet ongewoon in Pakistan. De blasfemiewet wordt met regelmaat misbruikt om christenen aan te vallen of te bestraffen. Bid dat ze rechtvaardig worden behandeld en dat valse beschuldigingen worden verworpen.