Tien jaar burgeroorlog in Syrië

Na tien jaar burgeroorlog in Syrië is het aantal christenen in dat land gedaald van 1,8 miljoen tot naar schatting 800.000. ‘’De situatie van de Syrische bevolking is nog steeds een ‘levende nachtmerrie’, zegt VN-chef Antonio Guterres.

De helft van de Syrische bevolking is binnen eigen land op de vlucht geslagen en van huis en haard verdreven. De andere helft van de bevolking is gevlucht naar het buitenland. Sinds het begin van de opstand tegen president Assad kwamen al 380.000 Syriërs om het leven.

“De wereld heeft toe gekeken hoe Syrië in een spiraal van geweld en bloedvergieten verzeild is geraakt. Iedere familie in Syrië is geraakt,” aldus Guterres. De vonk van de aanvankelijk nog hoopgevende Arabische lente sloeg op 15 maart 2011 over naar Syrië. Burgers kwamen in opstand tegen de dictatuur van president Assad. Maar de Syrische president zette hard in om de opstand tegen zijn regering neer te slaan.

Crisis

Vooralsnog heeft de opstand de bevolking niet opgeleverd waar ze op hadden gehoopt; meer vrijheid. De VN-chef vertelde op 10 maart aan journalisten dat de grootschalige vernietiging die in de afgelopen jaren in Syrië heeft plaats gevonden nauwelijks voorstelbaar is. “De wreedheden die plaatsvonden in Syrië zijn schockend voor het menselijk geweten. De daders zullen verantwoording moeten afleggen als er vrede komt in Syrië.’’

Tien jaar burgeroorlog heeft ervoor gezorgd dat het land op de rand van de afgrond is gebracht. Voedselonzekerheid vormt een groot probleem. Zestig procent van de Syrische bevolking heeft niet of onvoldoende toegang tot voldoende en veilig eten. De inflatie is torenhoog. Leverde tien jaar geleden een Amerikaanse dollar nog 50 Syrische ponden op, inmiddels moeten er tachtig maal zoveel Syrische ponden worden neer gelegd voor een Amerikaanse dollar. Het Internationale Rode Kruis schatte in maart in dat negentig procent van de bevolking in Syrië structureel onder de armoedegrens leeft.

Hoop

Een Open Doors-woordvoerder uit Syrië schat in dat er in zijn land nog 800.000 christenen over zijn, minder dan de helft in vergelijking met tien jaar geleden. “De Syrische kerken waren niet voorbereid op de oorlog. Maar samen met Open Doors hebben kerken en andere ‘faith-based’ organisaties veertig ‘Centres of Hope’ opgezet. Kerken verlenen humanitaire hulp, traumazorg, onderwijs, beroepsopleidingen en andere projecten om in eigen levensonderhoud te kunnen voorzien. Open Doors is hier in 2016 mee begonnen en wil hiermee doorgaan tot eind 2022.

Inmiddels werden in totaal 1 miljoen voedselpakketten uitgedeeld aan families in nood, meer dan 500 verwoeste huizen werden gerenoveerd en 1730 projecten boden ondersteuning aan mensen  om in hun eigen levensonderhoud te voorzien. Bovendien werden afgelopen half jaar aan 15.000 families support-pakketten uitgedeeld als steun in de rug om de winter door te komen.  12.000 mensen ontvingen training om hun vaardigheden te verbeteren en 110 Syrische kerken ontvingen steun van Open Doors.

,,Tijdens de oorlog is onze ondersteuning veranderd. We hebben de shift gemaakt van pure hulp naar andere noden, ‘’ zegt Mourad, coördinator van Open Doors in Syrië. ‘’Voedsel en onderdak alleen geven geen hoop. Psycho-sociale ondersteuning, hulp om in je eigen levensonderhoud te kunnen voorzien, en een nieuw doel vinden in je leven, dat geeft hoop.’’

Volgens Open Doors hebben betrouwbare kerken en kerkelijke organisaties een voordeel bij het uitdelen van hulp. “Dit type organisaties heeft vanwege hun positie in de samenleving sowieso al als eerste humanitaire hulp verleend, een kwaliteit waar kerken zich al eeuwenlang op toeleggen. Het zijn betrouwbare en bekende partners in de lokale samenleving. Zij kennen de lokale context als geen ander. Voor Open Doors is in de afgelopen decennia gebleken dat samenwerking  juist met deze partners van onschatbare waarde is in crisissituaties.