Het verhaal van Neema
uit de Democratische Republiek Congo
Vreugde! Duizend gelovigen zijn bijeen in een dankdienst, na een evangelisatieweek waarin 62 mensen zich lieten dopen. Ook de Congolese Neema* is erbij met haar zoontjes. De kinderen zijn net klaar met zingen, de jongste dommelt in op haar schoot. Ze houdt haar armen stevig om hem heen, zodat hij niet van haar schoot afglijdt.
En dan davert de explosie.
Op zondag 15 januari 2023 brengen leden van de terreurgroep ADF een explosief tot ontploffing in een kerk in Noord-Kivu, in de Democratische Republiek Congo. Vijftien mensen komen om het leven. Neema’s vierjarige zoontje wordt uit haar armen gerukt door de explosie. “Ik wist niet op welk moment David uit mijn armen verdween… of waar hij was gebleven”, vertelt Neema. “Ik wist ook niet waar Danny, mijn andere zoontje, was…”
Diepe wonden
Neema wordt zwaargewond naar het ziekenhuis gebracht. Haar man durft haar dan nog niet te vertellen dat hun zoontje is omgekomen. Drie weken later komt ze thuis. Voor het eerst hoort ze dat haar jongste kind is gedood bij de aanslag. Danny, haar oudste zoontje, is een oog verloren en is gewond aan zijn benen.
Neema’s schoonmoeder, die geen christen is, geeft haar schoondochter de schuld van de dood van David. “Zij nam het kind mee, waardoor het omkwam”, bazuint ze rond. “Ik weet niet wat mijn zoon bezielde om te zeggen dat ze terug mocht komen; ik wil dat hij haar wegjaagt.”
“Ik huilde en huilde de hele dag,” zegt Neema. “Ze bleef maar praten en praten en zeggen dat we daar allemaal direct hadden moeten sterven…”
De achtjarige Danny heeft het er ook moeilijk mee. Hij mist zijn broertje, wil een tijdje niet eten en durft niet meer naar de kerk. Bovendien wordt hij gepest met het feit dat hij een oog mist.
“Als ik denk aan mijn overleden kindje en mijn andere kind met zijn oogprobleem, dan zeg ik tegen mezelf: God, als ik ze thuis had gelaten en alleen was weggegaan, dan was ik de enige geweest die gewond was geraakt”, vertelt Neema. “Maar dan herinner ik mezelf eraan dat de duivel kwam om Gods plan te verstoren. Dus zeg ik: God, help me, blijf mij troosten.”
Lokale partners van Open Doors hielpen Neema en haar gemeente met gebed, bemoediging, traumazorg en praktische hulp.
* Schuilnaam.
Dank- en gebedspunten
- Dank God voor de hulp en troost die Neema kreeg na het trauma, zowel van haar eigen gemeente als van onze lokale partners.
- Neema vraagt om gebed voor haar zoontje Danny. “Wilt u bidden dat hij God zal volgen en altijd bezig zal zijn met de dingen van God.”
- Bid dat Neema’s schoonfamilie de weg naar Jezus vindt en dat de verhoudingen in de familie verbeteren.