Sfeer in Jaranwala blijft gespannen​​​​​​​

In de Pakistaanse stad Jaranwala blijft de situatie gespannen, nadat vorige week een woedende menigte ruim twintig kerken en tientallen woningen in een christelijke wijk had vernield. De onrust brak uit na beschuldigingen over ontheiliging van de Koran door christenen.

De autoriteiten in de provincie Punjab nemen de zaak hoog op, na felle protesten in in binnen- en buitenland. De belangrijkste aanstichters van het geweld zouden zijn opgepakt en de regering heeft ten minste 94 christelijke families een schadevergoeding van omgerekend 6.000 euro in het vooruitzicht gesteld, meldde de Pakistaanse krant Dawn.

Veel christenen in Jaranwala zijn uit angst hun huizen ontvlucht. Hun vertrouwen in de regionale overheid is minimaal, al woonden zondag regeringsleden een mis bij bij de geplunderde en geblakerde St. John Church. De delegatie beloofde compensatie voor ten minste 94 gezinnen en hulp bij de wederopbouw van huizen en kerkgebouwen. 

Alles kwijt

Volgens een christelijke ooggetuige keert een deel van de getroffen families weer terug “naar hun geruïneerde woningen. Ze hebben alles verloren, zowel hun geestelijk huis als hun eigen huis. Ze zijn zelfs te bang om hardop te huilen, want ze zijn al hun bezit kwijt. Tegelijk leeft er in Jaranwala de angst voor een nieuwe aanval, niet alleen in deze wijk maar ook elders. Christelijke leiders manen de gemeenschap dan ook voorzichtig en waakzaam te zijn.”

Veel getroffen gezinnen zijn op zoek naar een veilig onderkomen. Zij hebben voedsel, medicijnen en andere basale levensbehoeften nodig. “Nog meer hebben zij onze gebeden nodig”, aldus de woordvoerder. “Het is voor hen een donkere tijd, waarin hun geloof nog houvast geeft. Laat de kerk als het Lichaam van Christus het uitschreeuwen naar God om herstel en gerechtigheid in Pakistan.”

‘Innerlijke demonen’

Bisschop Azad Marshall zei op social media dat Pakistan te maken heeft met “innerlijke demonen” en riep op om “het gezwel van extremisme uit de samenleving te verwijderen”. Hij voegde eraan toe dat behalve christenen ook veel moslims en andere gelovigen te lijden hebben van misbruik van de blasfemiewetgeving. “Ongefundeerde geruchten over gebrek aan respect voor religie zijn genoeg om bloederige rellen te laten losbarsten.”

Hij signaleerde dat verdenking van godslastering een Zuid-Aziatische eigenaardigheid lijkt, dat snel moeten worden aangepakt. “Discriminatie van minderheden komt ook in andere moslimlanden voor. Maar je hoort niet van lynchpartijen en dolgedraaide bendes in Saoedi-Arabië, Iran of Egypte. Dat komt omdat die landen niet toestaan dat burgerwacht of zelfverklaarde geloofsbewakers de menigte ophitsen. In Pakistan heeft de staat religieuze fanatici aangemoedigd en getolereerd.”

Pakistan staat op de zevende plaats van de Ranglijst Christenvervolging, het jaarlijkse overzicht van vijftig landen waar christenen het zwaarst vervolgd worden.

Om voor te bidden

• Bid om Gods bescherming als er weer kerkdiensten plaatsvinden in christelijke wijken in Pakistan.
• Bid voor gezinnen die uit elkaar gedreven zijn toen ze op de vlucht moesten voor extremisten. Bid om hereniging van families.
• Vraag God of Hij wil voorzien als mensen honger lijden, medicijnen nodig hebben of materiële ondersteuning.
• Dank dat er een wereldwijde kerk is die broeders en zusters in Pakistan niet vergeet, maar bijstaat met gebed.  
• Bid voor Pakistan, om versoepeling of afschaffing van de blasfemiewetten. Bid ook voor vervolgers en ophitsers, opdat zij Jezus Christus leren kennen als de enige Redder.